Anderhalve (centi)meter in het klaslokaal

door | 6 okt, 2020 | Columns | 0 Reacties

Door: Femke Straub

Op een vrijdagavond komt mijn moeder thuis en legt de autosleutels op de tafel. Ik pauzeer Friends. “Hoeist?” Vraagt ze, terwijl ze haar verzorgingsjas over de stoel hangt. “Uitgespeeld. De batterij is op”, antwoord ik. En dat terwijl ik weet dat zij het wel duizend keer moeilijker heeft. Zij heeft sinds maart niet meer stilgestaan en haar overuren zijn de honderd gepasseerd. Toch kan ik er niet omheen: ik ben kapot. Alleen maar van een dagdeel op school.

We staan met zijn allen voor een groot dilemma als we het hebben over school. Online lessen zijn niet te doen, dat is alleen al te zien aan de studenten die op dit moment protesteren met de hashtag #ikwilnaarschool. Natuurlijk ben ik het er deels mee eens. Online lessen, zeker als de camera’s uit staan, kunnen absoluut niet op tegen de kwaliteit van het onderwijs in een klaslokaal. Althans, een klaslokaal in de ‘normale’ omstandigheden. Waarin mensen dicht bij elkaar samenwerken, en de docent naast je kan komen staan. Waar je niet zomaar je mond kan houden als er iets wordt gevraagd. De spreekwoordelijke camera staat altijd aan.

Maar we weten allemaal dat de fysieke lessen op dit moment ook behoorlijk te wensen overlaten. Het is bijvoorbeeld voor de mensen uit een risicogezin verschrikkelijk eng om ook maar een stap naar buiten te zetten, zeker nu de jongeren van onze leeftijd massaal worden besmet met het virus. Als doelgroep worden we gezien als de roekeloze generatie, enkel en alleen vanwege een aantal feestjes, terwijl de rest van ons in het donker af moet wachten tot het allemaal in hemelsnaam over is.

Vervolgens heb je nog de situatie ín het klaslokaal. Waar de studenten als het even kan tóch even naast elkaar gaan staan. Dat is gewoon wat beter te verstaan. Het meest kwalijke hieraan is misschien wel dat er door niemand verantwoordelijkheid wordt getoond. De docent komt op zijn hurken naast je zitten en wijst nog even wat aan op je beeldscherm. “Dat vind je verder niet erg, toch?” Nee joh. Het is immers niet overduidelijk aan mij te zien dat ik op wil passen. “Mijn moeder is verzorgende en ik zit straks nog twee uur onveilig in de trein”, is niet een zin die op mijn voorhoofd geschreven staat. Als de coronabewakers tot twee keer toe je lokaal in moeten stappen omdat de anderhalve meter niet gehandhaafd wordt, dan is er iets mis.

Met online lessen is je batterij sneller op omdat je constant op moet letten of je niets mist. Alles gaat te snel of loopt vast, je komt er met je eigen opmerking niet doorheen. Natuurlijk zijn fysieke lessen dan veel beter, maar daar gaat je batterij weer sneller op omdat je altijd om je heen moet kijken om niet dat virus te krijgen. In dit geval weet je nooit iets zeker. Laten we er dan ook voor zorgen dat we wél gewoon veilig in het klaslokaal kunnen zitten, of een plek kunnen vinden in een grotere zaal. Liever nu nog even doorbijten dan dat we straks terug zijn bij af. Wees veilig en zorg voor elkaar. We zijn nog niet klaar. #Doewelmee.

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *