Waltertje Goes Local: Yara in Sintjohannesga

door | 6 nov, 2020 | Waltertje goes Local | 0 Reacties

Rijen daken van huizen, rokende schoorstenen en voorbijrijdende auto’s. Dat zie jij misschien als je uit je raam kijkt. Dit is wat ik zie: weilanden, in de verte een rij bomen en ’s zomers wat koeien, maar daar houdt het wel mee op. Welkom in Sintjohannesga. Sintjo wat? Denk je nu misschien. Sint-jo-hannes-ga. Een piepklein dorpje tussen Heerenveen en Joure. Mijn thuis.

Ik woon met mijn ouders en broer aan de rand van dit Friese dorp en net als bijna alle andere 1200 inwoners woon ik hier al mijn hele leven. En dat is gezellig, maar soms ook ongelofelijk saai. Er is hier weinig te doen, want er is bijna niks. Sintjohannesga, of Sintjut zoals het vaak genoemd wordt, heeft één ieniemini supermarkt, een voetbalclub (net als elk Fries dorp) en een kroegje. Maar tenzij je vijftigplus of fanatiek biljarter bent heb je daar niks te zoeken. Uitgebreid uitgaan is er dus ook niet bij. Met uitzondering van één week per jaar.

Die ene week waarin er wel iets te doen is in Sintjut, is tijdens het dorpsfeest. Dit feest begint altijd op de tweede woensdag van juni met een playbackshow. Eerst mogen de basisschoolkinderen in de feesttent hun liedje playbacken met zelfbedachte dansjes. Aan het eind van de avond is het de beurt aan de volwassenen, die per buurt meedoen. Al weken van tevoren worden liedjes geoefend, decors gebouwd en kostuums gemaakt om een mooie show neer te zetten. Tijdens de playbackshow zie je dan je buurman als Kate Bush of je vroegere juf als Michael Jackson op het podium staan. Het is heerlijk om naar te kijken.

Wat je je verder moet voorstellen van zo’n dorpsfeest: een grote feesttent op het grasveld achter het plaatselijke verzorgingstehuis (arme oudjes), heel veel lauw bier dat aan het eind van de avond langs het tentdoek naar beneden druipt en ongelofelijk foute muziek waarop iedereen staat te ‘dansen’. Op vrijdag en zaterdag is er vaak een bandje of een DJ, waar het hele dorp op af komt. Het dorpsfeest zou het dorpsfeest niet zijn als Cotton Eye Joedan niet minstens vijf keer gespeeld wordt. De echte fanatiekelingen krijgen het voor elkaar om zelfs daar op te hakken. In de feesttent kom je het hele dorp in verschillende gradaties van dronken zijn tegen, van je basisschoolklasgenoten tot je huisarts. De avonden eindigen altijd bij de patatkraam, waar heel Sintjut een frikandel of halve kip koopt.

Naast het dorpsfeest is er nog iets dat wonen in Sintjohannesga leuk maakt: de ijsbaan. Deze ligt middenin het dorp, achter de kerk en recht tegenover mijn oude basisschool. Het was in de winter dan ook vaste prik om tussen de middag zo snel mogelijk naar huis te rennen, te eten en dan weer naar de ijsbaan te gaan om nog even te kunnen schaatsen voor school weer begon.

Voor een euro kon je warme chocolademelk en een boterhamzakje met snoep kopen bij het kleine huisje langs de baan. Vooral de warme chocolademelk was hard nodig als je al de hele middag had geschaatst en je handen pijn deden van de kou. Aan het eind van de middag was het altijd druk met schaatsers, maar als je lang genoeg bleef zag je iedereen na een tijdje naar huis gaan. Met een beetje geluk bleef je alleen met je vrienden achter zodat je heel veel rondjes en wedstrijdjes kon schaatsen op een lege ijsbaan. Als echte Fries hoop ik nog elk jaar weer dat het heel hard gaat vriezen, zodat we met het hele dorp de ijsbaan op kunnen om te schaatsen.

Ik zou het schaatsen op de ijsbaan en de gezelligheid van de dorpsfeesten voor geen goud willen missen. Ik ben blij dat ik in Sintjut ben opgegroeid.

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *